zaterdag 22 november 2014

Van Donkervoort naar Rothko

De afgelopen dagen heb ik vooral beetje thuis gerommeld (onder andere tekeningen maken en stukjes schrijven). Het schilderen schiet er een beetje bij in momenteel, niet alleen vanwege die activiteiten maar ook omdat de workshop tot twee keer toe is uitgesteld. Volgende week donderdag 'mogen' we weer!

Wel ben ik gisteren naar het museum geweest, en donderdagmiddag heb ik geborreld met een aantal oud-klasgenoten in De Posthoorn. Van de circa vijftien genodigden zijn in totaal zes personen (inclusief mijzelf) komen opdagen. Geen hoge opkomst misschien, maar het was dan ook geen officiële reunie met allerlei toeters en bellen, gewoon 'iets drinken'.



Niettemin was het erg gezellig, er is in die twee uur dat we bij elkaar zaten geen seconde stilte gevallen. Uiteraard oude herinneringen opgehaald, ook persoonlijke zaken, gesprekken over antiek, oude boeken en liefdes. Ook materiële zaken: toen een van ons terloops tijdens een gesprek over automusea vertelde dat-ie een Donkervoort bezat, reageerde zijn buurman vol ontzag en riep: dan ben je nu mijn vriend! ;-)).

Nu ben ik nòg meer autobarbaar dan cultuurbarbaar dus moest ik naderhand even googlen hoe een donkervoort er uit ziet. Ik moet zeggen: om van te watertanden! Maar ja, ik heb geen donkervoort: daar ben ik voor behandeld ;-)...



Mark Rothko

Terug naar het Gemeentemuseum, dat was gisteren, vrijdagmiddag dus. Schitterend weer was het, dus van huis daar naar toe gewandeld. Het moest er maar eens van komen: Mark Rothko. Nu moet ik bekennen dat ik er met een nogal sceptisch-afwachtende houding heen ging. Dat heeft vooral te maken met de media-aandacht: jubelende recensies en bijna orgastische beschrijvingen van de kwaliteit van Rothko's werk.


Er is ook heel wat geschreven en gesproken over de 'zuigende' werking van de schilderijen van Rothko, je zou je er als beschouwer helemaal in kunnen verliezen.

Dat had hoe dan ook vanaf het begin van de expositie tot heden giga-lange rijen museumbezoekers tot gevolg had, vooral in het weekend. Alsof de Stones elke dag in het museum optreden, zoiets. Terwijl ik er heel wat om zou durven verwedden dat het gros van die bezoekers van tevoren nooit van Rothko had gehoord. De nieuwe kleren van de keizer? Dat is een lastige, ik heb zelf de indruk dat dit altijd wel een beetje meespeelt bij kunst.


Maar dit geschreven hebbende: ik was ook een van die bezoekers die met zijn museumjaarkaart € 3,50 extra moest bijbetalen. Maar het moet gezegd: het was de moeite waard. Je hoeft niet eens van abstracte kunst te houden om het gevoel te krijgen letterlijk en figuurlijk 'meegenomen' te worden door de diverse zalen, te beginnen die met Rothko's eerste figuratieve werk. Ik volgde de hele tijd een groep met een welbespraakte en goed 'ingevoerde' rondleidster. Dat was interessant, pas na thuiskomst bleek dat ik mij - van geen kwaad bewust - als een soort parasiet had gedragen, want voor een groepsrondleiding moet je extra betalen...


Hoe dan ook: Rothko's eerste werk was bepaald niet sensationeel te noemen, wat 'braafjes' misschien, maar naderhand krijgen zijn figuren een meer diffuus karakter en zijn de vormen niet langer meer tot concrete dingen of mensen te herleiden. Dat is wat je zou kunnen noemen zijn 'overgangswerk'.


Uiteindelijk komt hij dan tot zijn mega-grote doeken met kleurvlakken. En inderdaad is het zo dat bij sommige van zijn schilderijen, zeker als je er een tijdje vlak voor staat en goed kijkt, je in die aanvankelijk egale, vaak donkergetinte kleurvlakken oplichtende patronen bespeurt die naarmate je er langer naar kijkt tot leven lijken te komen. En ook het gevoel van 'opgaan' in een schilderij was herkenbaar, zij het op een heel subtiele manier.



Wie meer wil weten over Mark Rothko, ga naar het gemeentemuseum Den Haag zou ik zeggen, of bezoek hun site, daar staat al een soort introductie op over wie Rothko was en de betekenis van zijn werk.

1 opmerking:

Anoniem zei

een vraag: hoe heet dat schilderij met rood, groen en bruine vlak? en uit welk jaar? alvast bedankt.