Overdag ben ik onder meer in Tuincentrum Ockenburgh op zoek gegaan naar een compostbak. Die was er niet, bij het andere tuincentrum, Hanenburg, waar ik gisteren was, hadden ze er nog maar één, maar die was immens groot. Dat bleek dus de kleinste te zijn die er was. Maar voor een stadstuin zoals ik er een heb is zo'n bak veel te groot. Bij eerstgenoemd tuincentrum werd mij aangeraden een stuk gaas te kopen en daarvan een bak te maken.
Nou, daar moet ik nog even over denken, wat een gedoe (ik ben niet zo'n knutselaar). Maar ik heb wel alvast een doos compostversneller gekocht. En nòg een lupine die ik later bij de andere lupines heb geplant.
Coopertest
Laten we maar snel overgaan tot het ècht leuke nieuws van gisteren: de Coopertest. Groep 5, of eigenlijk moeten we zeggen de 'Hartmannen en Hartvrouwen', was respectievelijk waren met een grote afvaardiging aanwezig voor de ronde van 19:45 uur. Al eerder, om 18:30 uur, was de eerste van de zes series gestart. Dat waren er minder dan de vorige keer, maar deze coopertest telt niet mee voor de punten die te behalen zijn in het HAAG100 circuit begreep ik.
De Hartmannen en Hartvrouwen voor de start van de Coopertest die zij Hard en met Hart hebben gelopen (de èchte Hartman, trainer en coach Wim, staat links). |
Wat niet wegneemt dat iedereen zijn of haar beste beentje voorzette. Alhoewel ik er bij het inlopen niet heel veel vertrouwen in had ging ik zelf flink van start en had zelfs een opmerkelijk snelle eerste ronde, minstens 15 seconden onder wat ik - uitgaande van een schema - zou moeten lopen. Theoretisch dus té hard (voor mijn doen dan) maar ik wilde kijken of ik zo lang mogelijk achter Dick en Ton zou kunnen blijven. Dat is aardig gelukt ditmaal, zag bij elke ronde dat ik niet erg moest inleveren en dat resulteerde na exact 12 minuten in een afstand van 2600 meter, dat is wel mooi 60 meter sneller dan in mei! Dus meer dan tevreden, het geeft de burger weer wat moed.
Maar ik was niet de enige die tevreden was, blije gezichten alom. Iedereen had goed gelopen, was gelijk gebleven of had meer meters gelopen, dat laatste was bij het merendeel het geval. Zo'n coopertest is natuurlijk geen wedstrijd, maar het geeft wel een heel goede indicatie hoe de conditie ervoor staat, dus is die zin zeer stimulerend.
De coopertest werd nog gevolgd door een kort duurloopje waarmee we, inclusief het inlopen en de oefeningen, uiteindelijk toch tot een volwaardige training zijn gekomen. Een duurloop met 12 minuten tempoloop, zoiets. Dat het 'uitloopje' vergezeld ging door een hevige plensbui kon ons toen niks meer schelen. De warme douches lonkten immers, waarna wij in het clubhuis verder konden opdrogen. Tenminste, aan de buitenkant, het lichaamsvocht werd op andere wijze aangelengd maar daar zal ik niet over uitwijden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten