De hardlooprondjes van de afgelopen week waren vooralsnog op maandag, woensdag, donderdag en vrijdag. Maandag was weer eens een langere duurloop (75 minuten) in een voor mij redelijk tempo, pakweg 6 minuten per kilometer. Via Meer en Bosch en laatste deel van de Machiel Vrijenhoeklaan de duinen in tot zo'n 500 meter voorbij camping Kijkduin en terug.
Donderdagochtend vroeg naar het krachthonk om - in mijn eentje - het geijkte programma af te werken, waarna ik met Pierre en Vincent besloot mee te doen met een baantraining. Een fiks programmaatje: 800-600-400-600-800 meter. Nu mag het wat lopen betreft wel wat beter te gaan dan pakweg een maand geleden, ik mis de tempohardheid om hen bij te houden. Het inlopen (zo'n 1800 meter) ging wel, en ook de eerste 800 meter begon redelijk voortvarend, maar al snel ontstond er een gat dat steeds groter werd. Uiteindelijk in ruim 4 minuten en 20 seconden. De volgende keren hield ik het bij twee keer 400 meter (in ca. 2 min. 4 seconden per keer). Later op het terras wat nagepraat met de heren onder het genot van een bakkie troost.
Ook vrijdag hardgelopen, weer voor mezelf, ditmaal een uurtje. Thuisgekomen snel gewassen en pannenkoeken gebakken, want het was oppasdag en Lily en Chloë kwamen. Dus al met al vier keer getraind deze week.
En toen was het weer zaterdag. Ditmaal geen training maar - voor de eerste keer sinds de lockdown - weer eens wandelen met De Doornvogels!
"Wij gaan naar Zandvoort aan de zee; we nemen broodjes en koffie mee". Welnu, die broodjes en koffie hoefden deze dag niet mee! Daar was ter plekke in voorzien.
Deze wandeling werd ditmaal georganiseerd door Coos. Wij - Walter en ik - gingen daartoe met de trein vanaf Den Haag CS naar Leiden.
Op CS namen wij eerst een cappucino. Daar kwamen we ook Ferwin tegen, die op weg ging naar Limburg om het laatste deel van de Pieterpadroute te volbrengen.
Vanaf Leiden stapten we over op de trein naar Haarlem. Dea had zich inmiddels in Leiden bij ons gevoegd, en in Haarlem kwam Loes erbij, zodat we met z'n vieren het laatste stuk met de trein naar Zandvoort aflegden. Aldaar werd er op ons gewacht door Coos.
We liepen vanaf het station richting boulevard. Typisch eigenlijk dat er plaatsen zijn die vrijwel naast de deur liggen, maar waar je tientallen jaren niet bent geweest. Ik spreek nu voor mezelf, want ik kan mij niet heugen dat en zo ja, wanneer ik hier over de boulevard liep.
Wel grappig, er is strand en de zee, maar hoe anders is de sfeer hier in vergelijking met Scheveningen of Kijkduin. Er is moeilijk een vinger op te leggen wat er nu zo anders is. Ook hier heeft de tijd niet stilgestaan, maar toch ligt er een zweem van het verleden over de badplaats. En er is minder een sfeer van 'zien om gezien te worden', minder uitbundig uitgaansleven. Minder mondain zou ik zeggen, maar 'correct me if I'm wrong'.
Gastvrouw Coos had een verrassing voor ons in petto, want we gingen koffie drinken in haar appartement, dat zij recentelijk met haar zoon had gekocht. Dat laatste was ons tot dat moment niet bekend. Bij de koffie kregen we een flink stuk taart - de 'mannen' een heuse bosse bol, de dames appelkruimelvlaai.
Teruggekomen op de flat gelunchd bij onze gastvrouw waarna we andermaal gingen wandelen, ditmaal grotendeels over het strand.
Veel wandelkilometers zijn er ditmaal niet gemaakt want op een gegeven moment verlieten we het strand en liepen naar het station, waar de wegen zich scheidden tot de volgende keer.
Op de terugweg verliet ik de trein in Leiden om naar de Hortus Botanicus te wandelen en daar nog even rond te kijken. Teneinde dit bericht niet te overladen, later meer foto's op deze plek en/of Facebook.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten