vrijdag 5 september 2014

Heerlijk Iers: Jimmy's Hall

Vandaag maar weer eens een filmhuis-filmpje gepikt. En was ik de vorige keer de enige toeschouwer, vandaag was het aanmerkelijk drukker in de zaal: maar liefst twee personen, mijzelf inbegrepen. Desondanks was het een steengoede film van regisseur Ken Loach.


Vooral het eerste half uur was die film een lust voor oog en oor, zeker als je 'iets' met Ierland hebt. Weidse en ruige groene landschappen, idyllische huisjes, Ierse folkmuziek en dans, poëzie van Yeats. Heerlijk iers sfeertje, in ieder opzicht. Een romantischer decor voor een authentiek iers verhaal dat op ware historische feiten is gebaseerd kun je je nauwelijks voorstellen. Maar het verhaal, het thema zelf is allesbehalve romantisch.

Het verhaal speelt begin jaren dertig van de vorige eeuw, de periode van de Ierse onafhankelijkheidsstrijd en de daaropvolgende burgeroorlog. De hoofdpersoon, Jimmy Gralton (Barry Ward), is na tien jaar afwezigheid teruggekeerd uit New York waar hij zijn 'American Dream' wilde realiseren. In 1932 keerde hij terug naar zijn geboortedorp vanwege de depressie. Hij wordt met open armen door zijn moeder, een jeugdliefde en andere oude bekenden ontvangen. Niettemin is het weer wennen om het eenvoudige harde boerenleven van weleer op te pakken. Op aandringen van de plaatselijke jeugd richt hij, net als 10 jaar eerder, met een aantal bewoners een dorpshuis voor culturele activiteiten op. Zijn achterliggende ideaal is om mensen uit de lagere klassen muziek, literatuur en andere vormen van culturele activiteit bij te brengen.

Echter valt dit niet in goede aarde bij degenen die de macht hebben. Gralton krijgt met sterke tegenwerking van de kerk (in de persoon van de plaatselijke priester) en de bezittende klasse te maken waarbij geweld niet wordt geschuwd. De strijd wordt tot het bittere einde gevoerd. Op meeslepende wijze worden onrecht en historische misstappen aan de kaak gesteld, de film is dan ook echt, wat je noemt, een sociaal drama.

Persoonlijk vond ik de scène waarbij een meisje aan de keukentafel een gedicht van de beroemde Ierse dichter Yeats voorleest het meest aangrijpend. Niet alleen omdat het een van de mooiste gedichten van Yeats is, maar ook vanwege de manier waarop zij dit voordraagt: heel sober, onnadrukkelijk, zonder enig effectbejag. Ik heb dit fragment helaas niet op YouTube kunnen vinden.

THE SONG OF WANDERING AENGUS
by: W.B. Yeats

Because a fire was in my head,
And cut and peeled a hazel wand,
And hooked a berry to a thread;

And when white moths were on the wing,
And moth-like stars were flickering out,
I dropped the berry in a stream
And caught a little silver trout.

When I had laid it on the floor
I went to blow the fire a-flame,
But something rustled on the floor,
And some one called me by my name:
It had become a glimmering girl
With apple blossom in her hair
Who called me by my name and ran
And faded through the brightening air.

Though I am old with wandering
Through hollow lands and hilly lands,
I will find out where she has gone,
And kiss her lips and take her hands;
And walk among long dappled grass,
And pluck till time and times are done
The silver apples of the moon,
The golden apples of the sun.

Geen opmerkingen: