Ik weet niet hoe vaak ik in Parijs ben geweest, maar het was vaak. In 1968 was het voor de eerste keer. Ook was ik er een keer voor mijn werk en heb een paar keer de twintig kilometer van Parijs (bestaat nog steeds) en de marathon in 2006 gelopen. En met de wandelgroep een paar keer de stad doorkruist. En elke keer vakantie in Frankrijk betekende ook steevast enkele dagen Parijs.
Waarom die stad elke keer weer zo'n aantrekkingskracht heeft en houdt, geen idee. Of eigenlijk wel een idee, het is de combinatie van de pracht en praal van pleinen en gebouwen, het eten, de intellectuele romantiek (Louvre, Sartre, Hemingway, Chansonniers en voor de jongere generatie Amélie, Daft Punk en Dan Brown) en erotiek. En herinneringen. Voor velen is het de stad waarmee je met je eerste èchte vriendje of vriendinnetje vakantie viert, en waarbij juist de soberheid van dat oude hotelletje, het 'petit dejeuner' met croissantje, kuieren langs de Seine en door Quartier Latin en met stokbrood en fles wijn neerstrijken in een van de parken, tot die grote charmes behoren.
En hoewel ook Parijs in de loop der jaren is meegegroeid in de vaart der volkeren, lijkt het wezen van de stad onveranderlijk. Zeker is het straatbeeld in veel wijken veranderd, hier en daar wat verpauperd onder invloed van immigratie, maar tweehonderd meter verder loop je opeens in een luxe wijk. En anno 2016 kom je regelmatig groepjes militairen of gendarmes tegen met het geweer in de aanslag, maar het toerisme tiert er nog in volle hevigheid.
Hoe dan ook: dit jaar weer eens in de mooiste stad ter wereld. Ditmaal in combinatie met Lille (Rijssel), waar we de eerste twee dagen doorbrachten.
De omgeving van het station, Euralille, is hypermodern: overdekte winkelgalerijen zoals je die overal ziet, grote, soms bijzonder vormgegeven (kantoor- en hotel)gebouwen. Er is ook het oude Lille met een centrum zoals wij dat kennen in onder andere Delft of welke oude stad ook waaromheen de laatste veertig jaar van alles omheen is gebouwd.
Na aankomst in Lille en inchecken bij ons hotel - dat wij na aan korte wandeling bereikten - gingen we meteen het oude centrum in. We dwaalden eerst wat rond waarna we gingen eten bij 'Aux Vieux de la Veille' . Daar deden we ons te goed aan streekgerechten, 'Carbonnades Flamandes' en 'Potjevleesch'.
De volgende (donder)dag eerst ontbeten bij 'Le Romarin', een bruin café met een oergezellig 'oude franse meuk' interieur met oude prenten, affiches van beroemde filmsterren en popartiesten. De croissants waren overheerlijk, zo goed heb ik ze nadien niet meer geproefd. Knapperig maar niet kruimelig, luchtig en uitstekend van smaak.
Daarna in de benen. Zoals wij meestal doen op vakanties werd vrijwel uitsluitend van de benenwagen gebruik gemaakt - maar dat werd in de loop van afgelopen weel alleen maar méér - en bezochten wij onder meer het Palais Beaux Arts (een mooi museum waar veel te zien is), de Citadel en daarvoor nog de - gratis toegankelijke, maar mooie - dierentuin, die deel uitmaakt van het omliggende park.
Als rustpauze tijdens de wandeling dronken we in een café vlak bij een brug een heerlijk biertje, Trolls. Niet om te trollen, maar dat was echt een heerlijk verfrissend biertje, tikje radler-achtig maar het was wel degelijk bier met alcohol.
's Avonds gingen we - na een lange omweg - naar restaurant Le Meunier. Het stoofpotje met vlees en aardappelpuree was een topper.
Maar goed, ik ben alweer aardig aan het uitwijden, de foto's zeggen genoeg. Morgen iets meer over Parijs, want in Lille verbleven we maar één volle dag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten